Banner Banner

Duikvereniging Trilobiet: opgericht en groot geworden in Wheermolen-Oost

Een interview met Gerrit Beij en Piet Hoogendoorn

Wat ooit begon als een uit de hand gelopen hobby van een paar duikers uit Wheermolen, is inmiddels uitgegroeid tot een volwaardige duikvereniging met zo’n 80 leden. Gerrit en Piet zijn twee toegewijde bestuurders, die niet alleen een passie voor duiken delen, maar ook heel betrokken zijn bij hun ‘club’. Trilobiet is een echte familievereniging.

 

Zweven

Gerrit zit al bijna 20 jaar in het bestuur. Na zijn eerste proefduik raakte hij ‘verslingerd’ aan de sport. Als hij erover vertelt, wordt hij weer een beetje emotioneel. ‘Ik was zo overweldigd! Ik vergeet het nooit meer. Zo bijzonder, ik dacht dit kan niet waar zijn. Toen ik weer boven kwam heb ik gewoon een potje zitten janken. Het is alleen maar ‘ooohh’ en ‘aaahh’ wat je ziet. Als je druk bent in je hoofd, kom je met een duik volledig tot rust.’ Piet vult aan: ‘En het zweven. Je zweeft onder water, dat geeft een gevoel van vrijheid.’ 
Gerrit en Piet delen ook mooie herinneringen samen, tijdens duikvakanties in Zeeland. En elk jaar met Pinksteren staan ze met de hele vereniging op een camping bij de Oosterschelde.

 

Familievereniging 

Piet mag zichzelf met 48 jaar lidmaatschap het een-na-oudste lid van de vereniging noemen. ‘Destijds was Harry Jansen voorzitter, hij reed met zijn SRV-wagen door Wheermolen en maakte de beste reclame. Door hem raakte ik geïnteresseerd. Ik stond op de wachtlijst en een jaar later: ja hoor, je mag komen.’ 
Alleen oprichter Willem Nelis is langer lid. Hij heeft in 1967 de vereniging opgezet toen hij in Purmerend kwam wonen. Daarvoor was hij lid van duikvereniging OJC Amsterdam. Na het gesprek met Piet en Gerrit, bel ik nog even met Willem (85).

 

Garagebox

Willem: ‘Ik had wel zin om in Purmerend een duikvereniging op te zetten. We zijn met een paar mensen bij elkaar gekomen in De Drie Zwanen – destijds aan de Neckerstraat -  en we plaatsten een advertentie in het krantje. Zo is de duikvereniging geboren. Ik gebruikte mijn garagebox in de Zonnelaan voor de opslag van het materiaal. Alle leden kwamen uit Wheermolen. Een clubhuis hadden we niet. Duiken deden we in de Wilgenhoek, in Beemster. En later in Monnickendam, waar we gebruik mochten maken van het buitenbad na openingstijden. Ik had het geluk dat ik van mijn werkgever de vrijheid kreeg om te beunhazen. Als metaaldraaier kon ik veel zelf maken: filters, aansluitingen van de compressor naar de duikfles, alles maakte ik zelf. Ook heb ik alle jongens opgeleid. Het leslokaal was bij mij thuis op zolder. Met weinig geld kregen we het voor elkaar. Later moest ik toch wel contributie gaan vragen, het kon niet meer dat ik alles zelf betaalde. De luchtflessen en alles werd duurder. Dus toen vroeg ik 5 gulden per maand.’

 

Zeepissebed

Willem is er trots op dat de vereniging al zo lang bestaat en nog steeds goed loopt. Inmiddels zijn er ook veel jonge duikers bij gekomen. De club telt nu zo’n 40 vaste duikers en 7 instructeurs, waaronder een master diver. Hij heeft alle brevetten die je maar kunt bedenken. Het familiegevoel is altijd gebleven. Net als de naam, Trilobiet. Piet: ‘Een trilobiet is een (uitgestorven) zeepissebed. Vroeger als je het koud kreeg, en de pakken waren nog niet zo goed, dan plaste je in je pak. Daar komt het vandaan.’ 

 

Hart van de club

In het clubhuis aan het Trimpad komt de vereniging bij elkaar om te vergaderen en de duikflessen te vullen. De compressor met luchtflessen noemen ze ‘het hart van de club’. Elke zondagochtend is er duiktraining in het Leeghwaterbad. Daar leer je de basis. Pas als je in het zwembad alles onder de knie hebt, mag je buiten duiken. Maar voordat het zover is, leer je eerst in de instructieruimte de vaardigheden om veilig te kunnen duiken. Want weten wat je onder water moet doen, dat is toch wel het belangrijkste.

 

Gerrit Beij en Piet Hoogendoorn
Hart van de club
Duikflessen